boek: leven met de goden

 

Leven met de goden: Religie in de oudheid
Inger N.I. Kuin
Amsterdam University Press, 2018
172 p., enkele zwart-wit-foto's.- ISBN 978-94-6298-480-6

 

Er zijn van die boeken die al veel eerder geschreven hadden moeten zijn.
Dit boek is er een van.

Omdat de religieuze beleving van Grieken & Romeinen anders was dan die wij in onze westerse en hoofdzakelijk monotheïstische wereld kennen, is het belangrijk om bij bestudering van de oudheid de betekenis van religio en superstitio enigszins te doorgronden. Heel duidelijk behandelt Kuin in negen hoofdstukken de belangrijke aspecten van de goden-dienst in de oudheid: denken (mythologie, theologie) & doen (riten), belang van de goden voor stad, familie & individu, polytheïsme versus monotheïsme ("Het christelijke, dogmatische en evangeliserende monotheïsme introduceerde een mate van religieuze intolerantie die tot dan toe ongekend was", p.117), de keizercultus en de romanisering van inheemse culten, de grenzen van de religieuze tolerantie en als laatste hoofdstuk: twijfelaars, critici en ongelovigen.

Veel voorbeelden van antieke intolerantie op religieus gebied zijn er niet. Kuin noemt de aanklacht tegen Apuleius vanwege het beoefenen van magie (p.120), de Atheense rechtszaak in de 5e eeuw vC omtrent de vernieling van de hermen (p.125) en het Bacchanalia-schandaal in Rome in de 2e eeuw vC (p.127-128). Maar de religieuze (of bijgeloof-) aspecten in deze zaken lijken minder belangrijk te zijn geweest dan persoonlijke of politieke redenen om op te treden. "Wanneer we uitzoomen en naar de hele klassieke oudheid kijken blijven repercussies echter zeldzaam en was de religieuze tolerantie uiteindelijk hoog" (p.130).

Uiteraard ook aandacht voor twijfelaars, critici en ongelovigen (hfd. 8) die vanaf de 6e eeuw vC de goden en/of hun mythen met een grote korrel zout namen of rationaliseerden en Homerus c.s. betichtten van het té menselijk voorstellen van goden (stelen, vreemdgaan, liegen, bedriegen, lachen etc.). In dit kader komt ook Socrates' proces aan bod (p.141-144). Hij werd aangeklaagd voor het bederven van de jeugd, het niet vereren van de goden van de stad en het vereren van 'nieuwe' goden. Wat dacht Socrates of liever: wat geloofde Socrates eigenlijk? Hoe dachten andere filosofen – Thales, Anaxagoras, epicuristen zoals Lucretius, stoïcijnen als Epictetus, Cicero e.a. – over de goden of 'de' god en hun invloed op het menselijk leven? En waren er in de oudheid atheïsten? En ook toen had men kritiek op corrupte priesters, geldbeluste zieners en valse, op seks beluste profeten!

Het boek eindigt met een hoofdstuk 'Verder lezen' (kort en to the point) en een alfabetische index.

 

Ik kan kort zijn over dit boek:
een absolute topaanrader voor iedereen die iets van de wereld en de samenleving van Grieken & Romeinen wil  begrijpen!

 

Mooi citaat van filosoof Protagoras, tijdgenoot van Socrates:
"Wat betreft de goden kan ik niet weten of ze bestaan of dat ze niet bestaan, of wat voor een vorm ze hebben, want er zijn veel obstakels tot kennis, zoals onduidelijkheid en de korte duur van het menselijk leven" (p.146).


© conens & van wiechen drs A. van Wiechen