Sinan is ongetwijfeld de grootste architect van het Ottomaanse Rijk. Hij bepaalde met zijn bouwwerken het huidige silhouet van Istanbul. Zijn grootse moskeeën inspireerden architecten nog eeuwenlang na zijn dood. Sinan was een tijdgenoot van beroemde renaissance architecten zoals Michelangelo en Palladio, maar bij ons is Sinan amper bekend. Dat is onterecht, want Sinan's werk imponeert nog steeds. Zijn creativiteit, organisatie-talent en aandacht voor zowel het geheel als het kleinste detail zijn onovertroffen. Tijd om kennis te maken met een bijzonder, zestiende-eeuws talent: Koca Mimar Sinan, de Grote Architect Sinan.

Toen Sinan's baard grijs geworden was en "het paleis van zijn lichaam een ruïne", dicteerde de bejaarde hofarchitect zijn autobiografie. Hij somde zijn bouwwerken op, maar sprak amper over zichzelf. Blijkbaar vond Sinan zijn werk het belangrijkst. Zijn precieze geboortejaar is dan ook niet bekend, maar toen hij op 17 juli 1588 overleed, was hij - zo meldt zijn grafschrift -  volgens de islamitische kalender ruim honderd jaar oud. Volgens onze kalender is dat ongeveer 97 jaar. Hij werd gerecruteerd in het gebied rond Kayseri onder sultan Selim I, die regeerde van 1512 tot zijn dood in 1520. Sinan maakte naar eigen zeggen veel militaire campagnes mee in Egypte, Syrië en Perzië, op Rhodos en de Balkan, en leerde van elke ruïne die hij zag. Sinan was begonnen als timmerman en wist zijn kennis en vaardigheden tijdens deze jaren te vergroten. Hij herstelde veroverde vestingen en bouwde schepen en bruggen. Ongetwijfeld leerde hij toen ook hoe belangrijk logistiek is om een groot leger goed te laten functioneren. Terug in de hoofdstad Istanbul kreeg Sinan in 1539 de belangrijke functie van hofarchitect. De sultan, diens familie en hoogwaardigheidsbekleders gaven hem bouwopdrachten.
 
Hofachitect Sinan was een zeer veelzijdig man. Hij hield zich bezig met de watertoevoer, standaardiseerde de maten van bouwmateriaal, vaardigde bouwverordeningen uit, inspecteerde monumenten, initieerde restauratiewerkzaam-heden en begeleidde zijn studenten. Hij bouwde fonteinen, badgebouwen, moskeeën, mausolea, paleizen, bruggen en aquaducten. Kwam iemand bij hem met een bouwopdracht dan moest de hofarchitect allereerst het ontwerp inclusief kostenraming maken. Vaak werkte hij drie opties - in drie verschillende prijsklassen - uit. Voor grote projecten liet Sinan waarschijnlijk houten schaalmodellen maken. Ging de opdrachtgever akkoord dan was Sinan voor elk onderdeel van de bouw verantwoordelijk, van de aanvoer van bouwmateriaal tot het inhuren van specialisten, van het nauwkeurig bijhouden van het kasboek tot de decoratieve randjes van een fontein. Bij grote complexen werkten duizenden mannen: loonarbeiders en galeislaven, geschoolde en ongeschoolde krachten, janitsaren-rekruten en krijgsgevangenen, moslims en christenen. Al het werk van deze arbeiders moest gecoördineerd worden, de betaling geregeld, het dagelijkse eten aangereikt en opzichters aangesteld. Daarom was een goede logistiek van het grootste belang om het juiste materiaal op het juiste moment op de juiste plaats te krijgen tegelijkertijd met de juiste ambachtslieden! 

In de Selimiye moskee van Edirne bereikte Sinan het hoogtepunt van de Ottomaanse architectuur. Hij bouwde vier identieke minaretten met elk drie balkonnetjes op de hoekpunten van de moskee. Zij benadrukken de verticaliteit die door de hele moskee-opbouw wordt voorbereid en zijn hoogtepunt bereikt in de hooggeplaatste koepel met zijn acht zeskante steunbeertorentjes. Het gebruik van okerkleurige natuursteen met terrakleurige accenten geeft het exterieur extra spanning. Maar hoe prachtig van opbouw de buitenkant ook mag zijn, niets, maar dan ook niets bereidt de bezoeker voor op het interieur: een oase van licht bekroond met een immense koepel als een symbolische hemel. In zijn autobiografie beschreef Sinan hoe hij werd uitgedaagd om de architecten van de Hagia Sophia te overtreffen; met deze imposante koepel is hem dat inderdaad (gedeeltelijk) gelukt.

De decoratie van het interieur is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de sultan. Deze opteerde voor een rijk versierd interieur met veel geglazuurde bloementegels en prachtig beschilderde teksten ontworpen door de beste kalligrafen. De tribune van de muezzin staat - en dat is uniek - in het centrum van de moskee en bij de restauratie zijn de oorspronkelijke schilderingen op de houten bogen - met sierlijke bloemen met veerachtige, gebogen bladeren - tevoorschijn gekomen (rechts). Sinan paste nog een andere nieuwigheid toe: de gebedsnis is geplaatst in een aparte uitbouw met extra vensters waardoor hier de mihrab een duidelijk accent van licht heeft gekregen.

Hoewel veel van de oorspronkelijke decoratie bewaard gebleven is, zijn de duizenden olielampen, de beschilderde, hangende struisvogeleieren, de speciaal voor de moskee gemaakte tapijten en de spiegelornamenten helaas verdwenen. Een zestiende-eeuwse Europeaan was 'getroffen' door het licht van de 5.000 olielampen dat ook nog eens werd gereflecteerd in de spiegelornamenten. "Het leek wel alsof de moskee in brand stond" noteerde hij.

Sinan was een drukbezet man. Tussen de grote opdrachten door bouwde hij bruggen, herbouwde de afgebrande keukens van het Topkapı paleis en legde een watermolen aan in de tuin van de sultan. Hij ontwierp, werkte en restaureerde niet alleen in Istanbul en Edirne. Hij bouwde en restaureerde ook in Mekka, Medina, Jeruzalem, op de Balkan en in Diyarbakır, Ankara, Kayseri, Manisa, Damascus en Aleppo om maar een paar plaatsen te noemen. Uiteraard was hij niet overal zelf aanwezig en delegeerde hij de uitwerking van veel ontwerpen aan andere (hof)architecten. Maar Sinan was wel altijd op de achtergrond aanwezig. Hij bepaalt tot op de dag van vandaag het stadssilhouet van Istanbul met zijn Süleymaniye en Rüstem Pasja moskeeën en de twee door hem gebouwde minaretten bij de oude Hagia Sophia. 

Sinan was de architect van drie sultans, hun vrouwen en dochters, van groot-viziers en tientallen hoogwaardigheidsbekleders. Zoals hij zelf hoopte, leeft Sinan's naam en reputatie voort "op de pagina's van de tijd". Hij probeerde met een steeds andere opbouw een moskeeruimte te creëren die helder van structuur, groots, ruim en licht was. Hij had oog voor het indrukwekkende geheel, voor de helderheid van het ontwerp en voor het kleinste detail, zoals de kleurrijke tegeltableaus of de aanleg van watertoevoer en twee waterkraantjes ín de Süleymaniye moskee om de vloer te schrobben!

Wat een voorrecht om nu, ruim vierhonderd jaar na zijn dood niet alleen Sinan's bouwwerken te zien, maar ook deelgenoot te worden van zijn architectuur door te lopen in zijn weelde van licht (Selimiye moskee in Edirne), in zijn sobere strengheid (Süleymaniye moskee in Istanbul) of in zijn uitbundige kleuren- en bloemenoverdaad (Rüstem Pasja moskee in Istanbul).