Keizer Hadrianus

 

Hadrianus: De rusteloze keizer
Anthony Everitt
Amsterdam: Ambo, 2010
Uit het Engels vertaald: Hadrian and the triumph of Rome
398 p. met chronologie, bibliografie en alfabetisch register, 
2 krtn en 16 p. zwart-wit foto's
ISBN 978-90-263-2276-1

 

De nieuwste Hadrianus-biografie van Anthony Everitt (2009) is nu ook verschenen in een Nederlandse vertaling. Het is een goede biografie en door de onderverdeling in 25 korte hoofdstukken leest het over het algemeen prettig. In de eerste 198 pagina's (ruim de helft van het boek) gaat het vooral over de periode voorafgaand aan het keizerschap van Hadrianus. Eigenlijk staat Hadrianus' voogd en voorganger daarin centraal: keizer Trajanus. Op die manier worden de (figuurlijke) nieuwe wegen duidelijk die Hadrianus op politiek, militair en sociaal gebied betrad. De Engelse titel Hadrian and the triumph of Rome dekt de inhoud van het boek beter, dan de Nederlandse. De ondertitel De rusteloze keizer lijkt overgenomen van Anthony R. Birley's uitstekende Hadrianus-biografie Hadrian, the restless emperor (1997, pk 2000). Maar het woord "rusteloze" is in onze ogen fout gekozen. Het betekent weliswaar "in voortdurende beweging", maar wel met een bijsmaakje van "geen zitvlees hebben", "zonder innerlijke rust". Vooral dat lijkt veel minder op Hadrianus van toepassing. Hij was een reizend keizer, een onvermoeibare reiziger die zijn rijk bereisde met een duidelijk doel voor ogen: de provincies laten merken dat ook zij belangrijk waren in het grote geheel van het Romeinse Rijk. Deze persoonlijke benadering van keizer Hadrianus was nieuw. Hij reisde bijna twaalf jaar, van de zgn. Hadrian's Wall in Engeland tot de Sahara en van Spanje tot de Eufraat. Niet zoals zijn voorgangers om oorlog te voeren of land te veroveren, maar omdat hij het belang van de provincies voor Rome inzag. Hij wilde zijn provincies leren kennen. Dus ging hij er zelf poolshoogte nemen en wilde persoonlijk met zijn bestuurders en ambtenaren kennis maken. Hij inspecteerde zelf zijn legers aan Rome's grenzen. Het bleef niet alleen bij inspecteren; hij liep met "zijn" soldaten dagmarsen mee, had lovende woorden voor efficiënte bevelvoerders en bezocht zieke soldaten. Nieuwsgierig als hij was bekeek hij natuurlijk ook de eeuwenoude bezienswaardigheden, zoals Ajax' graf in Troje. De alerte Hadrianus had een luisterend oor voor iedereen.

Juist dat reis-aspect is in Everitt's boek enigszins onderbelicht, maar verder schetst hij wel een beeld van de persoon en van de keizer Hadrianus zoals hij geweest zou kunnen zijn. Zeker zullen we het nooit weten. Want een biografie van Hadrianus zal altijd een eigen interpretatie van de schaarse en lang niet altijd even betrouwbare bronnen blijven. En dat persoonlijke "inkleuren"  doet - in onze ogen - deze auteur wel net iets té vaak, bijvoorbeeld over de tiener Hadrianus "die nooit helemaal volwassen zal worden" (p.39) of de keizer die "altijd vervuld van zendingsdrang" (p.304) was of iets deed "met zijn gewone arrogantie"; Hadrianus' boog in Athene is "een staaltje van brutaliteit dat veel Atheners moet hebben geïrriteerd" (p.301). Over Hadrianus' vrouw schrijft Everitt als "de niet erg beminde Sabina" (p.171) en de "niet zeer beminde echtgenote" (p.225), en over Sabina's vriendin "dichteres en blauwkous" Balbilla (p.175).  

Zeker de mens Hadrianus, zijn relatie met Sabina en andere hovelingen zullen juist vanwege het ontbreken van betrouwbare eigentijdse bronnen wel voorlopig ongrijpbaar voor ons  blijven. Maar nieuw archeologische onderzoek, opgravingen en vondsten van papyrus-fragmenten blijven voor verrassingen zorgen.
Hadrianus: de voortreffelijke keizer en rechtvaardige bestuurder, maar ook de soldaat met zijn eigen soldaten, een man treurend om de plotselinge dood van zijn geliefde protégé Antinoüs .... Was hij graecofiel of graecomaan? Een drukbezet man die tijdens zijn langdurige reizen omringd was door familieleden, vrienden, ambtenaren, bestuurders, koeriers, architecten, kunstenaars, bedienden en slaven. Die - waar hij ook was - als een ware "headhunter" zelf aanstellingen regelde van bestuurders en bevelvoerders, privileges toekende aan steden en aan particulieren, wetten formuleerde en via koeriers met iedereen in het hele rijk correspondeerde. Hij liet antieke beelden kopieren en gaf bouwopdrachten voor monumenten van praktische (aquaducten, opslagplaatsen) of religieuze aard, zoals tempels.

Everitt's boek Hadrianus is (ondanks het "inkleuren") een aanrader; het geeft een goed beeld van de keizers Trajanus en Hadrianus en hun tijd. Een boek dat hopelijk de lezer nieuwsgierig zal maken naar meer ...........

© conens & van wiechen A. van Wiechen